Zacharias Brakel (ca. 1729-1806) en Johan Carl Krauss (1759-1826)
In 2010 schreef collega Jan Holwerda een mooi stuk over de uitgave van Johan Carl Krauss, Afbeeldingen der fraaiste, meest uitheemsche boomen en heesters. die tot versiering van Engelsche bosschen en tuinen, op onzen grond, kunnen geplant en gekweekt worden; benevens de beschrijving van derzelver kenmerken, voortkweeking, nuttigheden en andere bijzonderheden, ingericht om aan de liefhebbers van zodanige bosschen of tuinen de kennis van dezelve zo aangenaam als nuttig te maken, Amsterdam (1802-1808) Klik voor het artikel van Jan: PDF.
Dit berichtje ter aanvulling: bij de beschrijving van Lonicera Media – Middelbaare Kamperfoelie, (…) (zie de afbeelding hierboven, klik voor een vergroting) zegt Krauss: Anderen noemen haar Lonicera glauca, onder welke benaming VAN BRAKEL haar ook in zijne Catalogus heeft aangenomen. Hier bedoelt Krauss ongetwijfeld Zacharias Brakel (dus zonder van) (ca. 1729-1806) een Utrechtse kweker die zijn kwekerij vanaf Tulpenburg in Utrecht bedreef. Brakel geeft meerdere catalogi uit, de door Krauss bedoelde zal deze uit 1794 zijn: Catalogus van allerhande harde, zoo in als uitlandsche boomen, heesters en plant-gewassen, benevens eene groote partij boom, heesters, planten, en bloem-zaaden. Welke te zien en te bekomen zijn bij Z. Brakel, buiten het Mariën Water-poortje op Tulpenburg te Utrecht, 1794. De publicatie van Krauss wordt als pendant van Gijsbert van Laar’s (1768-1820) Magazijn van Tuin-Sieraaden, Amsterdam 1802-1809, gezien. Krauss noemt Van Laar in zijn Voorrede den verdienstelijken tuinarchitect. Nu dus een dun lijntje, tussen Brakel en Van Laar (die vanaf zijn vroege jeugd tot rond 1798 in Utrecht woonde) in de vorm van Krauss, die, zoals nu blijkt, het werk van zowel Van Laar als Brakel kende.